Second Foundation
Second Foundation is het derde deel van de “Foundation trilogie” (1950-53) van Isaac Asimov (1920-1992). Vertaald als De Tweede Schepping is mijn vertaling van de titel van Het was de titel van het blog dat nu Wat te DOEN heet. De reden voor die naam was en is de werkwijze, de meritocratische organisatie en de bescheiden en dienende instelling van het genootschap zoals in onderstaande tekst uit 2011(herzien 2015,2022) blijkt:
“Foundation” is de aanduiding van een nieuw galactisch rijk dat de plaats moet innemen van het oude rijk (“Empire”) dat met zekerheid te gronde zal gaan. Het is de bedoeling dat door deze ingreep de 30 000 jaar van barbarij die normaal op deze instorting zou volgen wordt ingekort tot 1000 jaar. Een groep geleerden weet de heerser van “Empire” zo ver te krijgen dat een wereld aan de rand van het oude galactische rijk wordt ingericht die als kiem (Foundation) voor een nieuw galactisch rijk moet functioneren. Foundation is lastig te vertalen. “Fundering” roept in het Nederlands nauwelijks associaties op buiten de bouwsector. “Fundament” of “grondslag” is te statisch. In de vertaling in het Nederlands is Foundation dan ook in de titel blijven staan. Gezien de strekking van de cyclus komt “schepping” het dichtste bij wat met foundation bedoeld wordt. Ook omdat dit het product is van het denkwerk van een aantal mensen. Het is een creatie. Maar waar bij creatie toch gedacht wordt aan een voltooid product is dit juist de start van een ontwikkeling.
“Tweede Schepping” refereert aan het genootschap dat “Second Foundation” heet; het onderwerp van het derde deel. Dit geheime genootschap is een voortzetting van de bedenkers van de (first) Foundation. Zij beschermen deze schepping en proberen die zo nodig bij te sturen. Het hele plan van de (second) Foundation is gebaseerd op een wetenschap die psychohistory genoemd wordt. Die vertoont geen overeenkomst met de inmiddels sinds de 70er jaren bestaande “echte” psychohistory. Zij baseert zich op het berekenen van reacties van grote aantallen mensen op gebeurtenissen en vooral op die momenten waarop die reacties een kritieke duw kunnen geven aan de verdere ontwikkeling van de geschiedenis. Een belangrijke voorwaarde daarvoor is dat mensen onkundig blijven van het feit dat hun reacties berekend worden. Op het moment dat ze daarmee rekening gaan houden is de wetenschap onmogelijk. Toch is bij de start van de Foundation een soort van kennisgeving van het bestaan meegegeven en wordt die boodschap op kritieke momenten nog eens herhaald in een soort tempel waarin de oprichters een elektronisch artefact hebben geplaatst dat af en toe een holografische weergave van de oprichter een toespraak laat houden. Dit dient als een soort religie die op kritieke momenten een vorm van zelfvertrouwen verschaft. Kennis van het bestaan van de Second Foundation die daar bovenuit gaat vormt een bedreiging van het plan. Zoals eerder gezegd: omdat mensen er dan rekening mee gaan houden.
Dit genootschap opereert dus in het verborgene. Na een onvoorziene afwijking in het plan zijn ze genoodzaakt direct in te grijpen (dit is het onderwerp van het tweede deel van de trilogie) en ze hebben berekend dat er daardoor een aantal mensen op het idee zullen komen dat ze echt bestaan. Ze moeten een methode verzinnen om die onthulling ongedaan te maken. “Second Foundation” beschrijft de inventieve oplossing voor dat probleem.
De werkwijze, de meritocratische organisatie, de bescheiden en dienende instelling van het genootschap spreekt zeer aan. Uit onderstaand fragment – een gesprek tussen de “Eerste Spreker” en een aspirant Spreker (vertaling VO) – wordt dit duidelijk. Feitelijk gaat het om een vorm van het verguisde Democratisch Centralisme waarbij onderlinge discussie (in dit geval tussen de sprekers) tot een gezamenlijk standpunt leidt. De enige manier waarop democratie echt kan functioneren.
Dit is de “Primaire Radiant”. De Eerste Spreker bewoog zijn hand zachtjes over de zwart-glimmende kubus midden op het bureau. Er was verder niets te zien. … Na enige tijd werd een woud van formules in zwart, met af en toe een dun rood lijntje als een opvallend stroompje daardoorheen, weergegeven op de wanden.
“Voordat je Sprekers-schap bereikt”, vervolgde de Eerste Spreker, “zul je zelf een bijdrage aan het Plan moeten leveren.” … “Dit”, zei hij, “is de mijne”. De hele wand scheen om hem heen te dwarrelen. Een dunne rode lijn omcirkelde twee uiteenlopende pijlen en daarbij een flink aantal formules. Daartussen een serie vergelijkingen in rood. … “Het lijkt niet veel bijzonders.” zei de Eerste Spreker
… “Hoe worden veranderingen aangebracht?” – “Met behulp van de Radiant. Je zult merken … dat je formules nauwgezet worden gecontroleerd door vijf verschillende commissies; en je zal je bijdrage moeten verdedigen tegen voortdurende en genadeloze aanvallen. … Als hij die doorstaat zal je bijdrage aan het Plan worden toegevoegd. De Radiant wordt op je geest afgesteld. Alle correcties en toevoegingen kunnen door gedachten worden overgebracht. … Het zal niet te zien zijn dat correcties en toevoegingen van jou zijn. In de hele geschiedenis van het Plan is er geen auteur bekend. Het is een creatie van ons allen.
Asimov is waarschijnlijk bekender als SF auteur vanwege zijn boeken over Robots, die bijna allemaal gaan over de problemen die kunnen optreden bij de interactie tussen mens en robot. Ook in dit genre is Asimov een klasse apart. De robots ontwikkelen zich in de loop van de verhalen van vrij eenvoudige metalen typen via niet van mensen te onderscheiden humanoïden tot zeer intelligente wezens met ongekende krachten en mogelijkheden.
De Robotverhalen zijn gecomponeerd rond enkele eenvoudige morele “robot” waarden in de vorm van de wetten die als basis voor zijn gedrag in de robot worden geprogrammeerd:
- Een robot mag een mens niet verwonden of, door inactiviteit, toestaan dat een mens beschadigd wordt.
- Een robot moet bevelen van mensen opvolgen, behalve wanneer deze in strijd zijn met de eerste wet.
- Een robot moet zijn eigen bestaan beschermen, zolang die niet in strijd zijn met de eerste of tweede Wet.
De Robotverhalen zijn zeer inventieve composities op dit in wezen eenvoudige thema. Waarbij wel steeds duidelijker wordt dat de robots over een bewustzijn beschikken dat gaandeweg complexer wordt. Van het begin af aan worden dilemma’s gepresenteerd, die robots in dat stadium nog niet kunnen oplossen waardoor ze gaan disfunctioneren. Moet de zelfsturende auto een plotseling overstekend meisje aanrijden of uitwijken en passagier of tegenligger in gevaar brengen? Dat zijn het soort – uiteindelijk morele – beslissingen die de programmatuur van zo’n robot moet kunnen oplossen wil een passagier echt rustig achterin een krantje kunnen lezen. Een dergelijk dilemma mag er bijvoorbeeld niet toe leiden dat de auto systematisch veel te langzaam gaat rijden of te vaak onnodig remt. Immers, de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor het oversteken ligt bij (de ouders van) het meisje. Het is wonderlijk te lezen dat in recente publicaties over robots de inzichten van Asimov als irrelevant worden afgedaan. Een technocratische afwijking.
Zijn visie op robots wint aan relevantie en hij toont zich ook op dit vlak een ware visionair, door de manier waarop hij het (robotische, maar daarmee ook het menselijke) beslissingsproces ziet als een botsing van waarde-potentialiteiten waarvan de uitkomst niet bij voorbaat geprogrammeerd kan worden. Asimov heeft later nog de 0de wet toegevoegd:
Een robot mag de mensheid niet schaden of, door inactiviteit, de mensheid schade laten oplopen.
Die 0de wet voorziet in het kunnen maken van complexere, meer sociaal en minder op het individu gerichte afwegingen. In dit schema zou “mensheid” vervangen kunnen worden door een specifieke cultuur, staat of groep. Dat zou dan ergens tussen de 0e en 1e wet uitkomen. Daarmee zou bijvoorbeeld autonoom robotisch wapentuig geprogrammeerd kunnen worden.
Herzien 150916, deze versie 220112
Reacties
Second Foundation — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>